Agile ABC
Agile termen en definities
Wil je even snel de betekenis van een Agile term opzoeken? Bekijk ons Agile abc; een alfabetische lijst met Agile termen en definities.
Wil je alles weten over Scrum en Agile werken? Vraag dan de gratis Scrum Guide aan. Een compact document van slechts 14 pagina’s, waarin het Scrum en Agile werken volledig is beschreven.
Agile abc
TermAgile abc |
DefinitieAgile abc |
---|---|
Aanpassing | Aanpassing is een van de drie pijlers van Scrum, naast transparantie en inspectie. Binnen Scrum verwijst aanpassing naar het proces waarin het team wijzigingen doorvoert op basis van de inzichten die zijn verkregen door inspectie. Dit principe stelt het Scrum-team in staat om flexibel te reageren op veranderende omstandigheden, nieuwe informatie of feedback, zodat ze continu kunnen verbeteren en waarde blijven leveren. |
Acceptatiecriteria | Acceptatiecriteria zijn voorwaarden waaraan producten moeten voldoen om door een klant of belanghebbende te worden geaccepteerd. De Product Owner beschrijft deze in de user stories. |
Acceptatietest | Een acceptatietest zorgt ervoor dat aangetoond wordt dat een opgeleverd product correct werkt en voldoet aan de acceptatiecriteria. |
Agile manifesto | Het Agile Manifesto is een document dat de Agile-principes samenvat die de basis zijn voor het Agile framework. De vier kernwaarden van het Agile Manifesto: 1) Individuen en interacties boven processen en tools 2) Werkende software boven allesomvattende documentatie 3) Samenwerking met de klant boven contractonderhandelingen 4) Inspelen op verandering boven het volgen van een plan |
Agile marketing | Agile Marketing: Een marketingtechniek die Agilepraktijken en -waarden toepast, waarbij teams in sprints werken om hoogwaardige projecten in korte tijd af te ronden. |
Agile mindset | Agile mindset: De basishouding die een Agile- of Scrum-team zou moeten hebben, geïnspireerd door de Agile waarden en principes zoals respect en samenwerking. |
Agile Principe | Een leidende praktijk die teams helpt Agile te begrijpen en toe te passen. Er zijn 12 Agile principes die draaien om klanttevredenheid en flexibiliteit. |
Agile release-trein/ART | Een combinatie van meerdere Agile-realisatieteams die worden gebruikt om grote veranderingen aan te pakken, vaak binnen het Scaled Agile Framework. |
Agile softwareontwikkeling | Een projectmanagementtechniek waarmee ontwikkelaars in slechts enkele weken een werkend softwaremodel kunnen maken door middel van iteraties of sprints. |
Agile transformatie | Het proces waarbij een organisatie de Agile-mindset en waarden leert omarmen, waardoor innovatie en flexibiliteit worden bevorderd. |
Artifacts | Informatie die een scrumteam en belanghebbenden gebruiken om het product dat wordt ontwikkeld, de acties om het te produceren, en de acties die tijdens het project zijn uitgevoerd, te beschrijven. De belangrijkste agile scrum-artefacten zijn de product backlog, de sprint backlog en de increments. |
Backlog | Een lijst met nieuwe productfuncties, updates, bugfixes, enz. die de gebruiker nodig heeft. De Product Owner bepaalt welke items worden opgepakt in een iteratie. |
Backlog refinement | Een Scrum-meeting waarbij het team de backlog organiseert om ervoor te zorgen dat deze klaar is voor de volgende sprint of iteratie. |
Bottlenecks | Zaken die het realisatieproces kunnen vertragen, zoals te veel taken in één fase van het ontwikkelproces. |
Burndown-chart | Een grafiek die Agile teams helpt bij het volgen van de hoeveelheid werk die nog in de sprint of increment zit en de resterende tijd om het werk te voltooien. |
Burnup-chart | Een grafiek die teams helpt te visualiseren hoeveel werk het team heeft voltooid en hoeveel werk er nog te doen is in het project. |
Continue integratie (CI) | Een Agile-praktijk waarbij ontwikkelaars voortdurend hun code aan het hoofdsysteem toevoegen, na geautomatiseerde tests. |
Capabilities | Breder gedefinieerde functionaliteiten dan features, die meerdere ARTs kunnen omvatten en waarde leveren aan grotere bedrijfsprocessen. |
Dagelijkse Standup meeting | Een dagelijkse bijeenkomst van 15 minuten waarin het Scrum-team hun werkzaamheden bespreekt en obstakels identificeert. |
Developers | Een van de 3 rollen binnen een scrum team naast de PO en de SM. Developper staat voor ontwikkelaar van een product of dienst en is niet per definitie een technische persoon of software ontwikkelaar. |
DoD | De Definition of Done (DoD) binnen Scrum is een gedeelde afspraak binnen het Scrum-team die duidelijk beschrijft wanneer een werkitem, zoals een user story of product backlog item, volledig is afgerond. Het geeft aan welke criteria moeten worden vervuld voordat werk als “klaar” wordt beschouwd. De Definition of Done helpt om misverstanden te voorkomen, de kwaliteit te waarborgen en ervoor te zorgen dat er geen onafgewerkte taken blijven liggen aan het einde van een sprint. |
DSDM | Een bedrijfsgericht Agile-framework dat zich richt op het gehele project en ervoor zorgt dat het werk aansluit bij de bedrijfsstrategie. |
Empirisme | Empirisme is de leer dat kennis ontstaat uit ervaring en dat men besluiten neemt op basis van wat men weet. |
Enabler | Taken of items die nodig zijn om technische of architecturale ondersteuning te bieden voor het bouwen van features of capabilities, zoals het creëren van infrastructuur of technische verbeteringen. |
Feature | Een feature is een samenhangend stukje functionaliteit dat waarde toevoegt aan de gebruiker en binnen een enkele PI kan worden opgeleverd. |
Epics | Een groot idee of functie die wordt opgesplitst in kleinere requirements (features en user stories) voordat het team ermee aan de slag gaat. |
Gantt-chart | Een horizontaal staafdiagram dat de volgorde van taken binnen de projecttijdlijn visualiseert, met start- en einddatums. |
Increment | Increment is de som van alle voltooide product backlog items aan het einde van een sprint, die samen een werkend stuk product vormen. Het increment moet voldoen aan de Definition of Done en moet bruikbaar en potentieel leverbaar zijn. Elk increment bouwt voort op de vorige increments, waardoor het product telkens wordt uitgebreid en verbeterd. |
Impediment | Een obstakel dat de productiviteit van een Agile-team vermindert of verhindert dat een project wordt voltooid. |
Inspectie | Inspectie is een van de drie kernprincipes van Scrum, samen met transparantie en aanpassing. Binnen Scrum verwijst inspectie naar het regelmatig controleren van de voortgang en resultaten van het werk om ervoor te zorgen dat het project op koers blijft en dat het product voldoet aan de vereiste kwaliteit en verwachtingen. |
Inspect & Adapt | Een bijeenkomst aan het einde van elke Program Increment waarbij teams reflecteren op de resultaten, verbeterpunten identificeren en het proces aanpassen. |
Iteratie | Een periode waarin een Agile team werkende producten ontwikkelt, doorgaans 2-4 weken lang. |
Kanban | Een methode waarbij teams werken aan prioritaire taken zonder vaste iteraties, met het doel een constante stroom van werk te handhaven. |
Kanbanbord | Een visueel bord opgesplitst in kolommen (bijv. ‘To Do’, ‘In Progress’, ‘Done’) dat de status van taken in een Kanban-proces weergeeft. |
Lean | Een reeks principes en praktijken die het ontwikkelingsproces optimaliseren, geïnspireerd door de Lean manufacturing-aanpak van Toyota. |
Lean Agile mindset | Een combinatie van lean denken en agile principes die gericht is op het optimaliseren van flow, minimaliseren van verspilling en snel waarde leveren aan de klant. |
Lean Portfolio Management | Lean Portfolio Management betreft een set praktijken die zijn ontworpen om strategie, financiering en uitvoering te aligneren, zodat waarde op een schaalbare manier wordt geleverd. |
Portfolio Kanban | Een kanban-systeem dat wordt gebruikt om strategische initiatieven (Epics) op portfolio-niveau te beheren, te prioriteren en te volgen. |
Product backlog | Een lijst met nieuwe functies, updates, bugfixes, enz. die de gebruiker nodig heeft, beheerd door de Product Owner in Scrum. |
Product Manager | Een persoon die het Agile team begeleidt bij het ontwikkelproces, problemen oplost en samenwerkt met andere afdelingen zoals verkoop en marketing. |
Product Owner | Verantwoordelijk voor het creëren van waarde met de teams door te zorgen dat ze werken aan producten en features waar gebruikers op wachten. |
Refactoring | Een praktijk waarbij Agile teams overtollige code verwijderen en onnodige functies bewerken om de code eenvoudiger en begrijpelijker te maken. |
Release on demand | De mogelijkheid om nieuwe functionaliteit op elk moment aan de eindgebruiker te leveren wanneer deze klaar is, ongeacht de program increment-cyclus. |
Releaseplan | Een plan dat de functies toont die in de volgende release moeten worden opgenomen, samen met een geschatte releasedatum. |
Review | Een bijeenkomst aan het einde van elke sprint in het Scrum-proces, waarin het scrumteam het voltooide werk presenteert aan belanghebbenden en samen feedback verzamelt. Het doel van de sprint review is om het product te evalueren en bij te sturen op basis van wat tijdens de sprint is gerealiseerd, zodat de waarde en relevantie van het product behouden blijven. |
Scaled Agile Framework | Een Agile-methodologie voor het implementeren van Lean en Agile-praktijken op grote schaal binnen een organisatie. |
Scrum | Een Agile-methodiek waarbij teams in korte iteraties (sprints) werken om producten aan klanten te leveren en feedback te ontvangen. |
Scrumban | Een hybride Agile-methodiek die elementen van zowel Scrum als Kanban combineert. |
Scrumbord | Een bord dat de taken weergeeft die in een sprint moeten worden voltooid, zonder limieten op het aantal taken per kolom. |
Scrum Master | Zorgt ervoor dat teams ongestoord kunnen werken door belemmeringen weg te nemen en de product backlog up-to-date te houden. |
Scrum ceremonies | Essentiële bijeenkomsten binnen Scrum die het “Plan, Do, Check, Act” principe ondersteunen, zoals planning, standup, review en retrospectieve. |
Scrum of Scrums | Een speciale Scrum-meeting voor grote teams waarbij kleinere teams één lid aanwijzen als “ambassadeur” om teamoverstijgende blokkades te bespreken. |
Scrum-team | Een multifunctioneel team van 5-10 personen met verschillende vaardigheden die samenwerken onder het Scrum-framework. |
Sprints | Een term voor een iteratie binnen Scrum, met een uniforme lengte van 2-4 weken. |
Sprintbacklog | Een lijst met functies, bugfixes, en taken waaraan het Scrum-team moet werken tijdens de sprint. |
Sprintdoel | Het gewenste resultaat dat een Scrum-team tijdens de sprint wil bereiken, meestal een werkend product of proces. |
Sprintplanning | Een Scrum-meeting waarin het team beslist welk werk het moet doen tijdens de sprint door items uit de backlog op te pakken en op te splitsen in taken. |
Sprint retrospectief | Een Scrum-meeting waarin het team aan het einde van de sprint haar prestaties analyseert en verbeterpunten identificeert. |
Sprint review | Een Scrum-bijeenkomst waarin het team een werkend softwaremodel demonstreert aan stakeholders en feedback ontvangt voor de volgende sprint. |
Stakeholder | Iedereen buiten het Agile-team die verbonden is met het project, zoals investeerders of klanten. |
Story points | De maatstaf voor de inspanning die een team nodig heeft om projecttaken uit te voeren, gebaseerd op relatieve omvang en complexiteit. |
Taakbord | Een generieke term voor een bord dat de status van taken weergeeft, zoals een Kanban- of Scrumbord. |
Transparantie | Alle aspecten van het Scrum-proces zijn zichtbaar voor iedereen die betrokken is bij het project. |
User story | Een korte beschrijving van een specifiek productkenmerk of functie die nuttig is voor de klant, vaak in de vorm “Als [gebruiker] wil ik [doel] zodat [resultaat].” |
Value stream | Een reeks stappen die waarde leveren aan de klant, van idee tot levering. Value Streams helpen bij het identificeren van de belangrijkste processen en het verbeteren van de samenwerking tussen teams. |
Velocity | De maateenheid die bepaalt hoeveel werk een team aankan tijdens een iteratie, gemeten door het gemiddelde aantal voltooide taken of user stories per sprint. |
Workitem | Een term die verwijst naar verschillende soorten werk binnen een project, zoals user stories, taken, bugfixes, epics en features. |
XP (Extreme programmering) | Een softwareontwikkelingsmethode waarbij teams in 1-2 weken een werkende software opleveren door alle conventionele Scrum-praktijken te intensiveren. |
Heb je vragen of aanvullingen?
Heb je vragen of mocht je wat extra onderwerpen willen zien bij het Agile ABC? Neem dan contact met ons op! Dit kan op nummer 085 877 0180 of vul het contactformulier in.